Een technische tekening is niet compleet zonder dat er maten zijn aangegeven. Net zoals in SolidWorks worden ook in AutoCAD deze maten aangegeven door middel van de dimensioning tools. Er is echter een verschil met SolidWorks en dat is dat deze maten vervolgens niet aangepast kunnen worden door middel van de dimensie.
Het menu met de dimensie-opties is hieronder te zien:


Bedenk dat dimensies niet in proporties zijn. De teksthoogte bij een dimensie is 2,5mm, dus bij tekeningen met entiteiten die een meter zijn, dan is de dimensie op het scherm heel klein. In dat geval dubbelklik op de dimensie en pas de text height aan.

Horizontale en verticale maten aangeven
De optie om horizontale en verticale maten aan te geven valt onder de lineaire dimensionering.

• Klik op
• Geef nu het beginpunt- en het eindpunt aan. De afstand tussen deze 2 punten zal vervolgens aangegeven worden.

Diagonale maten aangeven

• Klik op
• Geef ook hier weer de punten aan

Radius, diameter en centrum
Om voor een cirkel(deel) een radius/diameter/centrum aan te geven:

• Voor de radius
• Voor de diameter
   
• Voor het centrum
   
• Geef vervolgens aan voor welke entiteit er een bemating aangemaakt moet worden.

Bovenstaande is hieronder toegepast. Wat hieronder ook te zien is, is een menu wat opgevraagd kan worden door te dubbelklikken op een dimensie. Vaak komt het voor dat de dimensietekst erg klein is en in dit menu kan dit aangepast worden, door het "text" submenu uit te schuiven en vervolgens de text height aan te passen.



De booglengte
Voor cirkeldelen kan de booglengte bepaald worden. Deze optie werkt trouwens niet om de omtrek van een gehele cirkel te bepalen.

• Klik op
   
• Geef vervolgens het deel aan.

Locatie ten opzichte van het nulpunt
AutoCAD werkt met een assenstelsel en bij het tekenen moet daar rekening mee gehouden worden. Nu is er een optie waarmee bepaald kan worden op welke afstand vanaf 0,0 een entiteit zich bevindt.

• Klik op
• Klik vervolgens het punt waarvan de afstanden bepaald moeten worden, zoals bijvoorbeeld een hoek van een rechthoek.
• De afstand wordt dan bepaald. Afhankelijk van hoe de dimensiewaarde gesleept wordt wordt de x, of de y-afstand ten opzichte van 0,0 weergegeven.

De hoek tussen entiteiten
Een hoek, tussen bijvoorbeeld 2 lijnen, kan ook worden weergegeven.

• Klik op
• Geef vervolgens de 2 entiteiten aan die een hoek vormen.

Snel bematen
Er is een optie waarmee snel standaard maten kunnen aangegeven; de quick dimension.

• Klik op
• Geef vervolgens de entiteiten aan

Annotaties
In SolidWorks kunnen annotaties toegevoegd worden aan de hand van de annotations optie. In AutoCAD heet deze optie de leader. Deze leader bestaat uit een pijl met een tekst erachter.

• Klik op
• Er wordt nu gevraagd naar de eerste locatie van deze leader, dit is de pijlpunt
  
• Vervolgens wordt een 2e punt gevraagd
  
• Er kan eventueel een derde punt toegevoegd worden, maar dit kan overgeslagen worden door op ENTER te drukken.
• Vervolgens wordt de tekst width gevraagd
   
• Nu kan de tekst worden ingetypt
  
• Als dit gedaan is, is er nog de optie voor een 2e regel tekst, maar ook dit kan overgeslagen door op ENTER te drukken.
• Indien de tekst te klein is, kan deze aangepast worden door op de tekst te dubbelklikken waardoor onderstaand menu tevoorschijn komt:
  
• Selecteer nu de tekst (net zoals in Word etc.) en pas de tekstgrootte aan, deze is standaard 2.5. In onderstaande afbeelding is deze vergroot naar 10.
  

Dimensies verplaatsen
Als een dimensie eenmaal geplaatst is met bovenstaande functies dan blijft deze staan, tenzij er een speciale functie wordt gebruikt waarmee dimensies opnieuw geplaatst kunnen worden.

• Klik op
• Selecteer vervolgens de dimensie die verplaatst moet worden en verplaats deze naar de gewenste locatie.